Er zijn veel vragen over kinderopvang en het coronavirus. Hieronder een nieuwsbericht van de GGD GHOR over het coronavirus en toezicht kinderopvang en meer specifiek de beroepskracht-kindratio (BKR) (voor het laats bijgewerkt op 13 maart 2020).

Op 12 maart heeft het RIVM het (tijdelijke) advies aan inwoners van Nederland gegeven om bij verkoudheid, hoesten of koorts hun sociale contacten te beperken en thuis te blijven. Deze maatregel heeft ook gevolgen in de kinderopvang en dus ook voor het toezicht op de kinderopvang door de GGD.

De houder van een voorziening voor kinderopvang is verantwoordelijk voor de kwaliteit die hij biedt. Daarvoor zijn in wet- en regelgeving kwaliteitseisen opgesteld. Deze gelden ook ten tijde van ziekte en verlof van personeel. De huidige richtlijn over het coronavirus van het RIVM kan echter leiden tot extra en onvoorziene uitval van personeel binnen de kinderopvangsector.

Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft aan GGD GHOR Nederland de vraag gesteld om in afstemming met de GGD’en een advies uit te brengen over het toezicht op een aantal kwaliteitseisen.

Daarom adviseert GGD GHOR Nederland om gelet op deze uitzonderlijke situatie in het toezicht tijdelijk coulance te betrachten bij personeelstekort (enkel) ten gevolge van de RIVM richtlijn. Bij die beoordeling staat natuurlijk het belang van het kind altijd voorop. Dit advies geldt in ieder geval t/m 31 maart.

GGD GHOR Nederland en VNG leggen uit wat de coulanceregeling inhoudt in dit bericht voor houders.

Wat gebeurt er als er niet aan de beroepskracht-kindratio (BKR) kan worden voldaan?

Het ministerie Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft verzocht aan de toezichthouder en handhaver om coulance te betrachten, zolang het advies van het RIVM geldt. Het is aan de toezichthouder om de situatie ter plaatse te beoordelen.

Bron : GGD GHOR

Volgt u ons al op Facebook ?

[adrotate group=”5″]

[TheChamp-FB-Comments num_posts=”10″]